Hak de hazelnoten en pecannoten fijn. Doe ze samen met de boter, het amandelmeel, de ahornsiroop en een snuifje fleur de sel in een kom en vermeng de ingrediënten met behulp van je handen tot alles wat verdeeld is. (Daarom is het belangrijk dat de boter goed koud is, zodat deze niet smelt, door de warmte van je handen.) Er mogen gerust nog wat stukjes boter te herkennen zijn en alle brokjes moeten niet gelijkmatig zijn qua grootte. Zet opzij in de koelkast.
Snijd de appels en peren in kleine blokjes, hak de vijgen in kleine stukjes. (Je wilt geen al te grote stukken fruit in je mond. Door alles klein te snijden, is het eten van dit dessert fijner én kunnen de smaken zich beter vermengen, wat het dus lekkerder maakt.)
Schep het fruit om met 1/2 tl kaneel, 1/8 tl kardemom en 1 1/2 tl versgeraspte gember en verdeel het over vier ovenschaaltjes (zie tips).
Schep de crumble bovenop het fruit in de schaaltjes en plaats 20 à 25 minuten in de oven. Serveer meteen, met een bolletje vanille-ijs erbovenop. Smakelijk!