‘Salade’… De Van Dale is duidelijk: dat is ‘sla’.
Restaurants zijn iets minder zwart-wit. Eerder doodsaai grijs. Onder ‘salades’ verstaan zij: grote borden vol sla, een beetje tomaat, komkommer en wortel, wat muffe cresson, een half blikje maïs en 3 verdwaalde scampi’s of een lap geitenkaas. Aan 20 euro het bord. En met veel (goedkoop) brood erbij, om toch een beetje een voldaan gevoel te creëren bij de klant, die de illusie heeft een “gezonde en lichte” keuze gemaakt te hebben. (Oké, tot daar de bad vibes…)
Mijn definitie van een salade is een maaltijd, warm of koud of lauw, waarin verschillende groenten hoofdrollen en bijrollen spelen en waarin vis/kaas of peulvruchten/quinoa figuranten zijn. Net als noten trouwens. Maar omdat ik een van de weinigen ben die een salade zo definieert, ben ik al een hele tijd op zoek naar een nieuw woord. Niet alleen omdat ik van nieuwe woorden houd, maar omdat het woord ‘salade’ duidelijk mijn lading niet dekt! Suggesties zijn altijd welkom!
Anyhow. Deze salade is top. Ik vind de combinatie makreel-avocado-citroen geweldig lekker! De verse kruiden zijn geen must, maar ze geven me altijd zo ’n luxe-gevoel! Ideaal dus om mezelf (en anderen) eens fijn mee te verwennen.
Ingrediënten voor één grote eter:
150 g voorgekookte broccoliroosjes
1 rode paprika, in grote stukken
1 kleine, rode ui, in grote stukken
½ avocado, in stukken
1 gerookte makreelfilet
sap van 1/8 à 1/4 citroen
½ kl olijfolie
enkele takjes verse bieslook, fijngesnipperd
enkele blaadjes munt en koriander, fijngesnipperd
een flinke snuif gemalen, gedroogde chilipeper
peper en zout
Bereiding:
Verhit de oven op 180 °C.
Doe de paprika en rode ui in een ovenschaal, besprenkel met de olijfolie en bestrooi met wat peper en zout. Plaats 25 minuten in de oven en laat vervolgens afkoelen.
Scheur de makreelfilet in stukken en verwijder de graatjes. Pers de citroen uit boven de makreel en avocado.
Schep de broccoli, makreel en avocado voorzichtig onder de groenten en voeg de verse kruiden toe.
Eén reactie